Education Centre
Terugblik Wytze Bouma
Op 5 juni 2009 ben ik met heit, omke Herman en Johannes de Jong, voor een periode van 6 weken, vertrokken naar Zambia. De bouw in Zambia is op zich vrij eenvoudig. Er worden muren gemetseld van zelfgemaakte cement blokken. Hierop worden houten spantjes geplaatst waar gordingen op komen met stalen golfplaten als dakbedekking. In het geval van de school is er ook nog een plafond aangebracht van spaanplaat. Voor de ramen en deuren worden stalen kozijnen toegepast. Verwarming is niet nodig (hoewel het ’s morgens vroeg behoorlijk koud kan zijn). In de school is wel een elektrisch installatie aangelegd. Omdat de stroom regelmatig uitvalt, is er daarnaast een soort back-up systeem gemaakt met accu’s die de stroomvoorziening voor een paar uren over kunnen nemen. Naast de vier man uit Nederland bestond de bouwploeg vooral uit plaatselijke bouwvakkers (soms wel 15 man). De communicatie gaat vooral in het Engels. Omdat Zambia vroeger een Engelse kolonie was en er in het gebied ontzettend veel verschillende talen gesproken worden, is na de zelfstandigheid het Engels als officiële oertaal ingesteld. De samenwerking met de Zambianen was op zich goed. Het viel me alleen op dat de ambitie om iets goed of mooi te maken vaak ontbreekt. Men doet zijn werk maar heeft niet de behoefte het net even beter te doen. Ook kom je soms tot de ontdekking dat je elkaar toch minder goed begrepen hebt dan je had gedacht. Als je een Zambiaan vraagt om rechts te beginnen omdat dat voor de planning handiger is, zal hij roepen ´´no problem´´ om vervolgens aan de linker kant te beginnen. In het algemeen hebben de bouwvakkers weinig tot geen gereedschap en hebben ze ook bijna geen opleiding gehad. De metselaars hebben wel eigen troffels en een waterpas, maar daar houdt het ook bijna wel mee op. De specie wordt klaar gemaakt met de schep. Als er weer een keer geen water is, wordt er met grote vaten water gehaald uit de rivier. Omdat wij een auto hebben is dit vrij eenvoudig, maar in andere gevallen ligt het werk dan gewoon stil. Aan alles is te merken dat Zambia een arm land is. Er is erg weinig werk en het is voor veel mensen moeilijk om in de eerste levensbehoeften te voorzien. Dit verklaart, naar mijn idee, voor een groot deel de wat nonchalante houding tegenover de kwaliteit van het werk die er wordt geleverd. Als je geen geld hebt om eten te kopen, kan het je niet veel schelen dat het kozijn wat scheef staat of dat de deur niet dicht wil. Daar komt bij dat veel Zambianen nog in erg schamele hutjes wonen met muren van leem en rieten daken. Hier is vaak niet eens een deur aanwezig, laat staan een deur die dicht wil! Door gebrek aan geld worden er ook vaak tweede keus materialen gebruikt. Met name de chinezen importeren veel naar Afrika. Voor omgerekend 80 euro kun je een nieuwe fiets kopen (is voor een Zambiaan erg veel geld), maar als je er alleen maar naar kijkt valt ie al bijna uit elkaar. (Een Zambiaanse bouwvakker verdient ongeveer 0,45 euro per uur, er is geen ww en er wordt over het algemeen geen pensioen opgebouwd) De meeste mensen hebben geen geld voor een fiets, laat staan voor een auto. Er wordt dan ook erg veel gelopen. Omdat niet overal waterleiding beschikbaar is (vaak komt er uit de kraan ook geen water) wordt er naar de pomp of de rivier kilometers gelopen om water te halen. Dit is een taak van de vrouwen, die over het algemeen veel actiever zijn dan de mannen. Het is onvoorstelbaar hoeveel gewicht de vrouwen op het hoofd mee kunnen nemen. Daarnaast hebben ze vaak nog een kind op de rug of in de buik, of beide. Tijdens een wandeling in de omgeving van Kaoma zijn we bij een lagere school geweest. Deze school bestaat uit 8 klaslokalen (erg suterich) en er zitten ongeveer 1100 kinderen op school. Omdat die niet allemaal tegelijk in de lokalen passen, wordt er in deeltijd lesgegeven. Een deel van de leerlingen komt ´s morgens en een ander deel ´s middags. De scholen worden deels door de regering gefinancierd, maar omdat de middelen beperkt zijn, moet een ander deel ook door de plaatselijke bevolking opgebracht worden. Hoewel de scholen nu dus al overvol zitten, zijn er ook nog veel kinderen die niet naar school gaan omdat de ouders dit niet kunnen betalen. Het komt daarnaast nog veel voor dat meisjes van 13/14 jaar oud van school worden gehaald om uitgehuwelijkt te worden. De ouders krijgen dan een kleine bruidsschat en zijn de zorg voor een kind kwijt. Als je zo rond kijkt, wordt al snel duidelijk dat de problemen in een land als Zambia, ondanks de redelijk stabiele politieke situatie, erg groot zijn. Ik heb ook niet de indruk dat wij deze problemen snel op kunnen lossen. Maar je moet ergens beginnen en onderwijs is naar mijn idee belangrijk om de mensen bewust te maken van de mogelijkheden en kansen die er zijn. Ook kan het met name de vrouwen helpen hun nu nog ondergeschikte positie ten opzichte van de mannen te verbeteren. Ik kijk met veel plezier terug op mijn verblijf in Zambia terug. Vooral het contact met de mensen heb ik als heel plezierig ervaren. Samen bouwen aan een betere toekomst, ook al is het maar een beetje, geeft een goed gevoel. Ik heb me ook vanaf het begin op mijn plaats gevoeld. Je mist natuurlijk thuis, maar je krijgt er wel een hele nieuwe ervaring voor terug. Wat ook goed is dat je even met beide benen op de grond wordt gezet. Hier in Nederland is alles vanzelfsprekend. Je hebt een huis, je gaat naar school en er is eten. In Zambia kom je er achter dat er nog heel veel mensen zijn die niet dit voorrecht hebben. Terug in Nederland zat ik al snel weer in het ritme. Maar de mooie herinnering aan Zambia blijft.
Terugblik Johannes de Jong
Zambia; Wat een land en wat een mooie, maar vooral vriendelijke mensen. Samen met de Bouma’s en Zambiaanse bouwers in 6 weken tijd een kleine school bouwen, is een hele belevenis. In tegenstelling tot wat wij gewend zijn: alles met mankracht onder primitieve omstandigheden en met beperkte middelen. Dan zijn het resultaat en de voldoening des te groter. Ik ben dan ook blij dat wij dit samen voor deze mensen hebben kunnen realiseren. De mensen die met heel weinig moeten zien rond te komen en tevreden moeten zijn. Ondanks alles, zijn het blije mensen en ze lachen altijd. De samenwerking met de Zambiaanse elektricien Eude, was perfect en plezierig. We hebben dan ook veel van elkaar geleerd. Ook de loodgieter Jonathan was vriendelijk en gemoedelijk. Wat mijzelf betreft: Ik ben zeer tevreden dat ik wat voor deze mensen heb kunnen betekenen en ik ben met een zeer goed gevoel weer thuis gekomen. Voor herhaling vatbaar.


3 mei 2019